Impact van COVID-19
In 2022 was COVID-19 nog niet weg uit de samenleving, maar mede door de minder ziekmakende Omikronvariant en vaccinaties was de impact minder ontwrichtend dan in 2020 en 2021. De initiële insteek voor 2022 was terugkeer naar een volledig reguliere zorgcontractering, maar als gevolg van de eind 2021 bestaande onzekerheden over de opkomende Omikronvariant is dit voor 2022 nog niet gerealiseerd. Het aantal afgesloten COVID-19 regelingen voor zorgaanbieders is in 2022 sterk teruggebracht en er is geen nieuwe solidariteitsregeling tussen de zorgverzekeraars onderling afgesloten.
De catastroferegeling Zorgverzekeringswet (artikel 33 Zvw) is per 31 december 2021 van rechtswege geëindigd. In 2022 is door het Zorginstituut Nederland de voorlopige catastrofebijdrage voor de jaren 2020 en 2021 uitbetaald. De definitieve afrekening van de catastroferegeling vindt in 2025 plaats.
Voor 2023 en verder geldt dat COVID-19 door zorgverzekeraars wordt gezien als een onderdeel van de normale bedrijfsvoering. COVID-19 zorg inclusief uitgestelde zorg maken integraal onderdeel uit van de reguliere zorgcontractering 2023. Uitsluitend in een pandemische crisissituatie gelden nog gezamenlijke afspraken tussen algemene ziekenhuizen, UMC’s en zorgverzekeraars.
Resultaat oude jaren
De COVID-19 zorgkosten 2020 en 2021 vallen binnen de catastroferegeling (artikel 33 Zorgverzekeringswet). Doordat de ondergrens van de catastroferegeling is overschreden wordt een compensatie vanuit het Zorgverzekeringsfonds ontvangen. Verder hebben de zorgverzekeraars voor 2020 en 2021 solidariteitsafspraken gemaakt om zowel de COVID-19-zorgkosten, de bijdragen uit de catastroferegeling als de overige COVID-19-effecten te herverdelen.
De COVID-19 zorgkosten, de bijdrage uit hoofde van de catastroferegeling en de herverdeling vanuit de solidariteitsafspraken 2020 en 2021 hebben een positief effect op het resultaat en zijn in de jaarrekening 2022 verantwoord als resultaat oude jaren.
Effect van COVID-19 op het resultaat 2022
Eind 2021 hebben de algemene ziekenhuizen, UMC’s en zorgverzekeraars in verband met de op dat moment bestaande onzekerheden over de Omikronvariant gezamenlijk landelijke afspraken gemaakt over de financiële risico’s van COVID-19 in 2022 in aanvulling op de individuele zorgcontractering 2022. Daarnaast zijn voor 2022 gezamenlijke landelijke afspraken gemaakt over de financiering van de COVID-19 Cohortbedden en de compensatie van personele meerkosten in de wijkverpleging.
In de individuele zorgcontractering 2022 zijn naast afspraken over de reguliere zorg ook afspraken gemaakt over de uitgestelde zorg en COVID-19 (paramedische) herstelzorg. De uitgestelde zorg is afhankelijk van de mate waarin zorgaanbieders hun productie kunnen opschalen en van de vraag in hoeverre de bezetting van de ziekenhuizen wordt beïnvloed door COVID-19. Personeelstekorten en ziekteverzuim zorgen ervoor dat met name de omvang van de uitgestelde zorg achterblijft en onzeker is.
CZ groep heeft bij de inschatting van de zorgkosten 2022 in de jaarrekening 2022 rekening gehouden met de onzekerheden uit hoofde van COVID-19. De onzekerheden die over 2022 uit hoofde COVID-19 nog resteren worden op landelijk niveau in belangrijke mate gemitigeerd door de voortzetting van de macronacalculatie in 2022 (70 procent in plaats van 85 procent, zoals in 2021).